Monument voor Jamie
Op 8 december 2019 overleed Jamie. Francis, zijn moeder, vroeg ons een half jaar na zijn overlijden haar verhaal op te schrijven. Hun verhaal. Schrijfster Anna van der Kruis durfde het aan om dit boek als monument voor Jamie te schrijven. Het werd voor ons allemaal een ontzettend dierbaar project. Hieronder lees je een selectie uit het boek. Een klein eerbetoon.
Hij was vijftien en alleen thuis. Zoals elke jongen van vijftien was hij nieuwsgierig naar zijn lichaam. Hij vond een seksueel experiment dat hij graag wilde doen. Dat ging mis.
2020, Lelystad
Ze doet het echt voor zichzelf. Omdat ze het moeilijk vindt dat het stopt. Dat wil ze niet. Een van haar grootste angsten is dat ze dingen zal vergeten.
Ze heeft er nooit aan gedacht zich alles te herinneren. Daar is ze nu soms heel dwangmatig mee bezig. Omdat ze controle wil houden op de situatie, hem op die manier hier wil houden.
Hoeveel woog hij ook alweer bij zijn geboorte? Ze begrijpt niet hoe ze dat kan vergeten.
Ze heeft er nooit bij stilgestaan dat hen dit zou kunnen overkomen. De herinnering aan Jamie wil ze vastgelegd hebben. Het zit allemaal in haar hoofd. Flarden. Ze vindt het spannend omdat er details zullen zijn die ze zich niet precies herinnert.
Daar voelt ze zich schuldig over. Ze is zijn moeder.
2009, Amsterdam
Elke ochtend wandelen ze van huis naar school. Het is een kwartiertje lopen. Tijdens het lopen kletsen ze. Als het regent gaan ze met de fiets. Op de eerste fiets passen vier personen. Soms zitten ze er ook echt met zijn vieren op. Ryan voor op het kleine zadeltje, Sigurd op het gewone zadel en Jamie en zij achterop.
Ze worden vaak door toeristen gefotografeerd, als ze zo voorbijkomen.
2013, Amsterdam
Ze verhuizen naar een groot, licht appartement met twee terrassen. Het heeft twee verdiepingen en Jamie krijgt de bovenste. Hij speelt er met zijn vriendjes en met Ryan. In het begin slapen ze er met zijn tweeën, later willen ze hun eigen kamer.
Ze hebben nooit een eigen kamer gehad. Ryan slaapt op hun verdieping. Hij heeft een bed met een lade eronder waar spullen in liggen. ’s Ochtends vroeg vinden ze Jamie daar.
Hij is midden in de nacht in die la gaan liggen.
2017, Lelystad
Hij heeft nog nooit gezoend. Niks meegemaakt. Op een schoolkamp in 2 VWO slaapt hij samen met een meisje in een slaapzak. Daarnaast gaan er geruchten dat hij tijdens een logeerpartijtje de borsten heeft gevoeld van een meisje, ze weet niet of het waar is.
Ze hoopt het.
2019, Lelystad
Hij maakt haar altijd aan het lachen als hij zijn dromen vertelt. Het zijn de meest rare dromen. Dromen zijn vaak onlogisch, dat heeft iedereen, maar hij onthoudt ze tot in detail. Dan is hij twintig minuten bezig om erover te vertellen. Ze geloven hem vaak niet, kunnen zich niet voorstellen, dat hij dat allemaal onthoudt. Het is erg grappig.
Dan komt hij aan haar bed zitten. Hij brengt haar een kopje koffie en zegt, weet je wat ik nu weer heb gedroomd? Dan zegt ze, nou, vertel.
2020, Lelystad
Hij komt de kamer binnen met Sigurd en Ryan, ze zijn zo blij om hem te zien. Hij komt naast haar zitten op de bank. Ze knuffelt en kust hem een kroelt hem door zijn haren. Hij zegt, ik ben er weer. Ik ben weer terug!
Hij legt uit dat hij even niet kon komen. Hij heeft zich verstopt in de tuin. Hij laat haar de plek in de heg zien. Ze is zo blij dat hij er weer is. Ze heeft zo veel vragen, maar ze zegt, nu je er toch weer bent, kan jij mooi de honden uitlaten, ik moet even wat doen. Ze lachen erom. Echt hoor, zegt ze.
2020, Scheveningen
Ze zijn in Scheveningen. Vaak als ze weggaan nemen ze voor Ryan iemand mee, maar nu zijn ze met zijn drieën. Er zijn trampolines, daar springt hij op. Sigurd en zij zitten naar hem te kijken, hoe hij het doet. Vrienden maken, hoe hij leert om het zelf te doen. Het is een ontroerd moment. Hij kan het. Heel goed.
Normaal gingen ze altijd met zijn tweeën naar buiten. Nu ziet ze hem alleen het strand op lopen.
Na een tijdje denkt ze, waar is hij? Ze wil weten waar hij is, hem kunnen zien.
2020, Lelystad
Ze zit op zijn kamer. Ze heeft het gevoel dat ze op die manier dichtbij hem is. Ze ziet hem zitten op zijn bureaustoel, in zijn witte Adidasbroekje, zonder shirt, koptelefoon op. Ziet hem gamen, hoort hem lachen, kletsen. Ze kijkt naar zijn bed, waar hij graag tv keek, zijn Nike-jasje, dat ze kochten op de Champs Elyssees.
Ze herinnert zich die keer dat ze boos is, omdat Jamie niet wil dat Ryan bij hem in bed komt slapen. Ryan is bang vanwege een horrorfilm, die ze samen hebben gekeken. Ze zegt dat ze het gemeen van hem vindt, dat zijn vrienden wel altijd bij hem mogen slapen.
Hij vindt het niet leuk dat ze dat zegt. Is het niet met haar eens.
Ze missen Jamie. De dynamiek is gewoon anders. Ze zijn samen thuis, maar Ryan zegt het ook, ik voel me de laatste tijd zo alleen.
Zij zijn altijd met zijn vieren. Zondagen zijn heilig, op zondag zijn ze thuis, aan het relaxen, aan het chillen. Ze komen in hun pyjama naar beneden. Zij maakt een lekker ontbijtje, ze ontbijten met zijn vieren. Dat is er nu niet, ze hebben het niet meer gedaan.
Ze probeert het weer normaal te maken. Het is niet normaal. Ze moet een nieuw normaal vinden en dat is zo moeilijk. Ze zijn met zijn drieën, maar ook zo alleen, dat voelt ze. Ze hoort Ryan huilen en ze hoort het hem uitspreken en ze voelt zich te kort schieten. Ze probeert het, ze loopt op zondag weer in haar pyjama, ze doet het omdat ze het weer normaal wil maken. Maar het is niet normaal.
Dat is zo moeilijk nu. Ze zit de hele tijd in haar emotie en in haar ratio. Ze is de hele tijd met zichzelf in gesprek.
Van onze redactie.